Het wit huis (*) aan het kruispunt van de Karel de Grote - weg (Kelmis-Henri-Chapelle) en de Neutralstraße
Geschiedkundig overzicht.
Met de uitbouw van de grote krijgsbaan Aken-Luik (ongeveer 1750) en de bouw van de oostelijk van Henri-Chapelle aftakkende verbinding via Welkenraedt naar Eupen - de huidige Neutralstraße- die na 1777 begonnen werd, vormde de hoek "aan het wit huis" een bijzonder punt op de landkaart.
De weg via het wit huis" bleef voor de Eupense industrie nog lang de hoofdverbinding naar Aken. Pas 1827/28 ontstond met de zogenaamde Aktienstraße via Eynatten en Köpfchen een snellere verbinding voor de Eupense lakenindustrie met haar Akense achterland.
Op de hoek van de genoemde wegen (
tot 1816 grondgebied van Henri-Chapelle), bouwde in 1792 de toenmalige eigenaar van het nabijgelegen slot Münzhagen,
Freiherr von Thiriart, een boerderij met herberg.. Het drukke vracht- en postverkeer beloofde een goede toekomst. Voor de vrachtvoerders, die de sterke klim naar Henri-Chapelle voor zich hadden, stonden aan het wit huis voorspanpaarden klaar en de post kon hier paarden wisselen. Overigens, op de hoogte van Henri-Chapelle aangekomen draafden de voorspanpaarden alleen terug naar de huisstal, waar als beloning een portie haver op hen wachtte...
Na de grensbepaling van 1816 werd de weg naar Eupen de grens tussen Pruisen en het koninkrijk der Nederlanden, en daarom Neutralstraße genoemd. Het wit huis werd Pruisisch tolstation.
In het laatste van de 43 artikelen van het grensverdrag van Aken van 26 juni 1816 werd het akkoord over de grensbepaling vastgelegd. De grens werd aangeduid met 3,76 m hoge houten grenspalen, waarvan 1/3 in de grond gezet en 2/3 boven de grond. De zijkanten van elke grenspaal waren in zwart-witte kleur kant Pruisen en wit-oranje kant Nederland.
Het bijna vierkante terrein (het meet 50 x 48 m) dat zijn naam dankt aan de witte kalk, bestaat uit woonhuis, schuur, stallingen en kleinere bijgebouwen, rond een geplaveide binnenkoer met toegang via twee poorten, in het noorden en het westen. Het woonhuis heeft een gelijkvloers, bovenverdieping en dakverdieping, aan de binnenzijde heeft de gevel vijf delen, aan de voorzijde zes. De raambalken zijn gewelfd met wigvormige sluitsteen.
In het bovenlicht van de achteringang staat het jaartal 1792.
Het gebouw.
Het "wit huis" werd door A. Thiriart gebouwd, maar werd gehuurd en uitgebaat door J.J.Jeghers die met Catharina Snoeck trouwde; het echtpaar had een dochter Catharina Jeghers die met R.J. Fayen trouwde (R.J. Fayen hield het tolbureau open dat een paar stappen van het wit huis verwijderd was).
Het mansardedak met gebroken vlak heeft op onze foto vooraan twee lichtkappen; na de dakvernieuwing van 1992 kreeg het vijf lichtkappen en een kleine dakruiter.
Het huis heeft vier gewelfde kelders en een koelruimte.
De gevels, het dak en de ringmuur van het "wit huis" worden sinds 10.10.1985 beschermd als historisch monument.
Was het vroeger een landbouwhofstede, laatst in bezit van mevr. Elise Wallraff-Schifflers, na verkoop in 1988 werd het een in het grensgebied zeer gewaardeerd restaurant, waarin de intieme atmosfeer van vroeger tijden heerste.
In 1997 werden ook de achtergelegen stallingen en paardenstallen omgebouwd.
Boven de stallingen ontstond uit de vroegere hooizolder een grote polyvalente ruimte van bijna 300 m², die door het vrij liggende oude dakspant een heel bijzondere uitstraling vertoont en veelzijdig gebruikt kan worden.
De grenssteen
Met een snelle blik op de foto van het wit huis merken we dat op de hoek van het huis een grenssteen staat, waarvan de geschiedenis waard is toegelicht te worden.
Grenssteen nr 1 stond in Schengen (nu Luxemburg) en de laatste was nr 359 die stond in Mook aan de Maas (Nederland).
Als de grens langs een straat of waterloop liep, werd aan weerskanten een grenssteen geplaatst met gelijk nummer.
Van 1839 tot 1856 werden de houten grenspalen door stenen grenspalen vervangen.
Zo vinden we aan het wit huis grenssteen nr 187 kant Pruisen (hoek van het wit huis) en aan de andere kant van de weg Aken-Luik (Karel de Grote weg) stond grenssteen 187 voor België.
Grenssteen 187 op de hoek van het wit huis werd in de loop van de tweede wereldoorlog gebroken (men vertelt dat een Amerikaanse tank dit grensteken stukgebroken heeft).
Buitengewoon feit: op 8 april 2010 bij de bouw van de rotonde aan het wit huis melde iemand mij dat zich een zeldzaam steenblok in de groef voor het wit huis lag. Na waarneming ter plaatse werd ik er mij snel van bewust dat het om de kop van de onthoofde grenssteen ging.
De krant "Grenz Echo" publiceerde een artikel over dit thema door toedoen van zijn journalist Herr Godessart (Hego).
De schepen van cultuur van Lontzen deed het nodige om deze waardevolle ontdekking veilig te stellen. De grenssteen werd door een gespecialiseerde firma gerestaureerd.
De tweede grenssteen werd helaas van zijn historische oorsprong verplaatst naar het middenpleintje van de rotonde.
Een door Marie Coppieters-Langohr geschreven brief over het wit huis.
Het was een groot boerenhof en poststation met stallen en woningen dat aan de hoek van de Pruisische grens gevestigd was.
Daar is Catharina Jeghers op de wereld gekomen, mijn grootmoeder langs moederszijde, dochter van J.J. Jeghers en Catharina Snoeck die de ganse onderneming voerden.
In die tijd bestond de spoorweg nog niet.
Al het vervoer verliep over de weg; degene die langs het wit huis liep verbond Parijs - Luik - Aken en liep tot Rusland !
Maar na de bekende nederlaag van het Franse leger in Rusland zijn de troepen van Napoleon die door de Kozakken en in aftocht verslagen werden, via het wit huis in volle winter voorbijgekomen,, ze verjoegen het vee uit de stallen om daar de Russische paarden te beschermen, wat ons door de familieoverlevering verteld werd.
Het gehuurde boerenhof, door J.J. Jeghers uitgebaat, volgt zijn lot verder als Poststation tot de opening van de spoorweg in Herbestal.
Grootvader Fayen, toekomstige echtgenoot van Catharina Jeghers, verzorgde tot dan (opening van de spoorweg) de invoerrechten van de goederen in het bureau van Henri-Chapelle (zoals moeder vertelde) voor grote Duitse en Franse bedrijven.
Maar later, na oprichting van de spoorweg en het daardoor zeer verminderde wegverkeer, had de werkplaats van de goederencommissaris in Henri-Chapelle minder belang, de grote inklaringen gebeurden in Herbesthal, groot en belangrijk nieuw spoorwegstation...
(*) In de drielandenstreek is "et wet huus", zoals het in het plat dütsch heet, een algemeen bekend begrip, wat uit dit artikel mag blijken. Daarom is in de Nederlandse titel/tekst de naam gelijkluidend gehouden op "het wit huis".
Uittreksels: Gasthof und Zoll / Weißes Haus - Autor: Alfred Bertha im Göhltal, en Kroniekk 16 - Auteur: J. Langohr (Gemmenich)
Bewerking: H.Bindels (Gemmenich).
Vertaling: Hubert Van den Bergh - Lommel.